Skip to content

CSRD-verslagen: Hoe dit na te leven

Terug naar de pagina met regelgevingen
Guide
to the CSRD

CSRD: Kernconcepten en achtergrond

De Richtlijn duurzaamheidsrapportering door bedrijven (CSRD) is een belangrijk regelgevend kader dat bedoeld is om de Richtlijn Niet-financiële Rapportage (NFRD) te versterken en uit te breiden. De CSRD-vereisten zijn rechtstreeks van invloed op ongeveer 50.000 bedrijven wereldwijd, met gestructureerde en verplichte rapportage over onderwerpen als klimaatverandering, verontreiniging, biodiversiteit, gebruik van hulpbronnen en de behandeling van werknemers in een waardeketen.

Afgezien van de uitbreiding naar een veel groter aantal bedrijven, waaronder niet-EU-bedrijven met aanzienlijke EU-activiteiten, zijn er nog andere belangrijke aspecten die de CSRD anders maken:

  1. Dubbele materialiteitsbeoordeling: Bedrijven moeten rapporteren over impactmaterialiteit (hoe een bedrijf mensen en het milieu beïnvloedt) en financiële materialiteit (hoe duurzaamheidskwesties financiële risico's voor het bedrijf kunnen creëren).
  2. Verplichte waarborging door externe partij: Alle bedrijven die binnen de scope vallen, moeten vanaf hun eerste rapportagejaar een beperkte mate van waarborging verkrijgen van een externe leverancier, met een redelijke mate van zekerheid zodra dat mogelijk is.
  3. Digitaal taggen: Duurzaamheidsverslagen moeten worden opgesteld in een gespecificeerd digitaal formaat (ESEF) om ervoor te zorgen dat gegevens machineleesbaar en gemakkelijk toegankelijk zijn.

CSRD-verslagen tijdlijn

De CSRD-implementatie verloopt in fasen, zodat bedrijven van verschillende grootte ruim de tijd hebben om zich voor te bereiden. Grote bedrijven met meer dan 500 werknemers (die voorheen onder de NFRD vielen) moeten al in 2025 rapporteren voor het boekjaar 2024. Met name niet-EU-bedrijven met dochterondernemingen of filialen binnen de EU moeten ook voldoen als zij een bepaalde drempel overschrijden.

De gefaseerde introductie van CSRD-verslagen:

  1. FY2024 (rapportage in 2025): entiteiten die al verplicht zijn om te voldoen aan de NFRD (inclusief bedrijven die genoteerd staan op door de EU gereguleerde markten met 500+ werknemers).
  2. FY2025 (rapportage in 2026): Andere grote beursgenoteerde entiteiten op een door de EU gereguleerde markt die aan ten minste twee van de drie criteria voldoen: 250+ werknemers, €25 miljoen+ in activa, €50 miljoen+ in netto omzet.
  3. FY2026 (rapportage in 2027): MKB-bedrijven die op een door de EU gereguleerde markt zijn genoteerd en aan minstens twee van de drie criteria voldoen: 10+ werknemers, €450.000+ in activa, €900.000 in netto omzet.
  4. FY2028 (rapportage in 2029): Entiteiten uit derde landen met dochterondernemingen of filialen in de EU (alleen van toepassing als ze een drempel van €150 miljoen netto-omzet overschrijden).

Omzetting van CSRD-vereisten in nationale wetgeving

Als richtlijn is de richtlijn niet automatisch afdwingbaar onder de nationale wetgeving; de EU-lidstaten moeten de richtlijn omzetten in nationale wetgeving. Elk land heeft de vrijheid om sancties voor niet-naleving te definiëren en handhavingsprocedures vast te stellen, wat kan leiden tot verschillen tussen rechtsgebieden. Een overzicht van de omzettingsstatus voor lidstaten in de hele EU, met informatie over een lidstaat die heeft verzocht om de vereisten van de CSRD te wijzigen of uit te breiden, is hier beschikbaar.

CSRD versus ESRS: Wat zijn de European Sustainability Reporting Standards?

Om de implementatie van de CSRD-vereisten te vergemakkelijken, heeft de Europese Commissie de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) de opdracht gegeven om gedetailleerde normen voor informatieverschaffing te ontwikkelen die bekend staan als de European Sustainability Reporting Standards (ESRS).

De ESRS zijn een praktisch implementatie-instrument van het CSRD: Terwijl de richtlijn een wettelijk kader vaststelt dat bepaalt welke bedrijven wanneer duurzaamheidsinformatie moeten rapporteren, worden deze rapportagevereisten in de ESRS in detail uitgewerkt. Door zich aan het ESRS te houden, kunnen bedrijven ervoor zorgen dat hun rapportage voldoet aan de wettelijke verplichtingen die door de CSRD worden vereist.

De eerste reeks van 12 ESRS-normen, die in juli 2023 wordt uitgebracht, bestaat uit twee sectoroverschrijdende en tien thematische normen die algemene informatie bevatten die op alle sectoren van toepassing is. In januari 2024 werden deze normen van kracht voor bedrijven die binnen de scope van de CSRD vallen (rapportage in 2025 en later).

EFRAG publiceert regelmatig richtlijnen voor de toepassing van de ESRS. Organisaties kunnen ook sectorspecifieke en toegespitste normen voor kleine en middelgrote ondernemingen (MKB) verwachten.

Overzicht van de European Sustainability Reporting Standards (ESRS)

Sectoroverschrijdende normen

ESRS 1 Algemene vereisten stelt algemene regels vast voor rapportage volgens het ESRS. Er worden echter geen specifieke openbaarmakingsvereisten vastgesteld. ESRS 2 Algemene informatieverschaffing specificeert essentiële informatie die openbaar gemaakt moet worden, ongeacht welke duurzaamheidskwestie wordt overwogen. Het is verplicht voor alle bedrijven die binnen de scope van de CSRD vallen.

Thematische normen

Alle andere normen met gedetailleerde informatievereisten en gegevenspunten zijn onderworpen aan een materialiteitsbeoordeling. Dit betekent dat een bedrijf informatie mag uitsluiten die als irrelevant (niet materieel) voor zijn bedrijfsmodel en activiteiten wordt beschouwd. Stel dat een bedrijf concludeert dat klimaatverandering (ESRS E1) niet materieel is en daarom niet hoeft te worden gerapporteerd. In dat geval moet het een gedetailleerde beschrijving geven van de resultaten van de materialiteitsbeoordeling met betrekking tot deze norm. Deze vereiste weerspiegelt het feit dat klimaatverandering een verreikende en systemische impact heeft.

Een duurzaamheidsthema is materieel als het voldoet aan de criteria van impactmaterialiteit, financiële materialiteit of beide. Voor elke belangrijke kwestie moeten bedrijven hun geïdentificeerde effecten, risico's en kansen (IRO's) bekendmaken, inclusief hun beleid en acties om de IRO's te beheren en relevante meetgegevens en doelstellingen. De tien thematische normen bestrijken het volledige scala aan milieu-, sociale en bestuurskwesties.

ESRS E1: Klimaatverandering

De ESRS E1-norm vereist dat bedrijven hun klimaatgerelateerde impact, risico's en kansen bekendmaken, waaronder de uitstoot van broeikasgassen, energieverbruik en overgangsplannen naar klimaatdoelstellingen die zijn afgestemd op de Overeenkomst van Parijs.

ESRS E2: verontreiniging

ESRS E2 behandelt hoe organisaties verontreiniging identificeren en beheren. Deze norm is van toepassing op verschillende vormen van verontreiniging, waaronder lucht, water en bodem, en het beheer van gevaarlijke stoffen. Meer in detail moeten bedrijven hun beleid, maatregelen en toewijzing van middelen met betrekking tot verontreiniging bekendmaken, inclusief de manier waarop ze risico's en kansen op verontreiniging identificeren en aanpakken.

ESRS E3: Water en mariene hulpbronnen

Onder ESRS E3 moeten organisaties bekendmaken hoe zij omgaan met watergebruik, -winning, -behandeling en verontreinigingspreventie en het ontwerp van producten en diensten bevorderen die het waterverbruik verminderen en mariene ecosystemen beschermen, vooral in gebieden met een hoge waterstress.

ESRS E4: Biodiversiteit

ESRS E4 beschrijft specifieke rapportagevereisten met betrekking tot biodiversiteit en ecosystemen. Het verplicht bedrijven om hun impact op de biodiversiteit te evalueren en concrete actieplannen te formuleren om de wereldwijde inspanningen voor het behoud en herstel van de biodiversiteit te ondersteunen.

ESRS E5: Materiaalgebruik en circulaire economie

Deze norm biedt een kader voor het verstrekken van informatie over het gebruik van hulpbronnen en de circulaire economie. Het concentreert zich op de in- en uitstroom van hulpbronnen — zoals grondstoffen, producten en afval — om transparantie te bevorderen in de manier waarop bedrijven deze processen beheren.

ESRS S1: Eigen personeel

De eerste sociale norm vereist dat organisaties hun positieve en negatieve impact, financiële risico's en kansen bekendmaken. Aspecten zoals arbeidspraktijken en het welzijn van werknemers moeten ook worden opgenomen, en deze norm vraagt om transparantie over vroegere, huidige en toekomstige initiatieven om de arbeidsomstandigheden te verbeteren.

ESRS S2: Werknemers in de waardeketen

In tegenstelling tot ESRS S1, dat betrekking heeft op de interne werknemers, richt de tweede norm binnen de sociale pijler van ESRS zich op werknemers buiten de bedrijfsmuren. De openbaarmakingsvereisten in ESRS 2 helpen bedrijven bij de rapportage over hoe zij omgaan met de sociale en mensenrechteneffecten, risico's en kansen met betrekking tot werknemers in de waardeketen.

ESRS S3: Getroffen gemeenschappen

ESRS S3 richt zich op de manier waarop bedrijven impact hebben op en samenwerken met betrokken gemeenschappen. Het schetst de verwachtingen dat bedrijven hun beleid, procedures en initiatieven met betrekking tot deze gemeenschappen in hun activiteiten en in de bredere waardeketen openlijk bekendmaken.

ESRS S4: Consumenten en eindgebruikers

ESRS S4 verplicht bedrijven om hun aanpak voor het identificeren en beheren van de impact op consumenten en eindgebruikers in de hele waardeketen toe te lichten. Bedrijven moeten ook uitleggen hoe impact en afhankelijkheden van deze groepen kunnen resulteren in materiële risico's of kansen.

ESRS G1: Zakelijk gedrag

De ene governancenorm specificeert openbaarmakingsvereisten die inzicht geven in de strategie, aanpak, processen en procedures van de organisatie met betrekking tot het zakelijk gedrag van een bedrijf. Potentieel belangrijke onderwerpen zijn onder andere bedrijfscultuur, beheer van relaties met leveranciers, corruptie en omkopingpreventie, belangenverstrengeling, klokkenluidersbeleid, betalingspraktijken en dierenwelzijn.

CSRD-waarborgingsvereisten

In het kader van het CSRD moet de bekendgemaakte informatie worden geverifieerd op nauwkeurigheid, betrouwbaarheid en naleving van de ESRS-vereisten. Bedrijven beginnen met beperkte waarborging en gaan dan naar redelijke waarborging. De Europese Commissie zal in het rapportagejaar 2028 de normen voor redelijke waarborging aannemen.

Het verschil tussen beperkte en redelijke waarborging ligt in hoe grondig de accountant te werk gaat en hoeveel vertrouwen hij heeft in de resultaten. Wanneer auditors een beperkte mate van waarborging geven, concluderen ze dat ze niet op de hoogte zijn van wijzigingen van materieel belang die de gerapporteerde informatie onjuist zouden weergeven. Wanneer auditors daarentegen een redelijke mate van waarborging bieden, verklaren ze dat er voldoende bewijs is om met zekerheid te kunnen zeggen dat de gerapporteerde informatie materieel nauwkeurig is en in overeenstemming met de rapportagecriteria is opgesteld.

Voorbereiding op naleving van de CSRD

Het begrijpen en naleven van de CSRD-vereisten is cruciaal voor bedrijven die hun duurzaamheidspraktijken willen verbeteren en aan de wettelijke normen willen voldoen. Naarmate de nadruk op transparantie en verantwoordelijkheid van bedrijven toeneemt, zal inzicht in deze vereisten van vitaal belang zijn voor organisaties die willen gedijen op de huidige ESG-bewuste markt.

Download ons CSRD-ESRS-overzicht voor een samenvatting van de belangrijkste vereisten en voorbereidingsrichtlijnen.

Nieuw: De 8e editie van de index voor duurzaamheidsprestaties van bedrijven
Ontdek nu